Diabetes: sensor in plaats van een prik

Bij diabetespatiënten die het pijnlijke vingerprikken hebben ingeruild voor een meetsysteem met een sensor om de bloedsuikerspiegel te bepalen, wordt een forse daling van het aantal ’hypo’s’ ervaren.

Dat blijkt uit de mondiale gegevens van bijna 51.000 gebruikers van het meetapparaat van het medische bedrijf Abott dat nu ruim twee jaar op de markt is.

De bloedsuikerwaarde kan bij een diabetes plotseling omhoog en omlaag schieten. Bij een te lage waarde – een hypo – ontstaan bijvoorbeeld hartkloppingen, vermoeidheid, duizeligheid, verminderd zicht, veranderd humeur of een slechter concentratievermogen.

Gisteren werd op een congres in Parijs over nieuwe diabetestechnologie bekendgemaakt dat er sprake is van een daling met 38 procent van hypoglykemie (te lage bloedsuikerspiegel) en een daling met 19 procent van hyperglycemie (te hoge bloedsuikerspiegel). Ook blijkt deze groep patiënten veel vaker te kijken of de waardes wel goed zijn; het aantal glucosemetingen stijgt van drie bloedprikken naar gemiddeld vijftien scans per dag.

De aanvankelijke scepsis die professor Cees Tack – hoofd diabetes van het Radboudumc – had, heeft hij inmiddels laten varen. „Vooraf dacht ik dat het bloedprikken betrouwbaarder zou zijn dan de sensor die in de huid zit en de meting verricht in onderhuids weefselvocht. Maar dit alternatief werkt toch heel goed, met name omdat je ook veel vaker kunt meten.

Lees hier het volledige artikel.