Op 24 juni 2025 heeft het gerechtshof Arnhem-Leeuwarden uitspraak gedaan in de zaak over de inkoopprocedure bij CDK 4/6 remmers (het betreft palbociclib, ribociclib en abemaciclib). CDK 4/6 remmers zijn zeer dure medicijnen voor de behandeling van uitgezaaide borstkanker. Zorgverzekeraars zijn door het hof, op één punt na, volledig in het gelijk gesteld.
Het hoger beroep was aangespannen tegen de uitspraak in het kort geding bij de voorzieningenrechter.
Het hof heeft geoordeeld dat Novartis onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat het huidige wetenschappelijke bewijs aantoont dat de CDK4/6 remmers niet therapeutisch gelijkwaardig zijn op basis van de OS (overall survival), dat wil zeggen een langere overleving, en dus onderling niet uitwisselbaar zijn. Dit betekent dat de inkoopprocedure op deze grond niet onrechtmatig is.
Het hof heeft in haar vonnis tevens geoordeeld dat de zorgplicht van zorgverzekeraars als gevolg van de uitkomsten van de inkoopprocedure niet in het geding is geweest. De inhoud en omvang van het verzekerde pakket bleef onaangetast, omdat alle drie de CDK4/6 remmers onderdeel blijven van het verzekerde pakket.
Lees hier het volledige artikel.