Vier keer zo grote kans op hart- en vaatziekten door slecht werkende schildklier en reuma

Slecht werkende schildklier en reuma vergroten kans op hart- en vaatzieken

Schildklieraandoeningen en reuma zijn auto-immuunziekten die regelmatig samen voorkomen. Heeft een patiënt zowel reuma als een slecht werkende schildklier dan is de kans op hart- en vaatziekten bijna vier keer zo groot, zo blijkt uit een publicatie van reumatologen uit het VUmc en onderzoekers van het NIVEL in de Annals of Rheumatic Diseases.

Auto-immuunziekten komen vaak samen voor, zo blijkt uit gegevens van het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsenzorg (LINH). Deze patiënten hebben daarbij meer kans op hart en vaatziekten. Patiënten met reuma hebben vaker hart- en vaatziekten dan de algemene bevolking en dit geldt ook voor patiënten met een schildklieraandoening. Patiënten met beide auto-immuunziekten blijken een bijna vier keer zo grote kans op hart- en vaatziekten te hebben. Een combinatie van deze ziekten komt vooral voor bij vrouwen. NIVEL-afdelingshoofd prof. dr. Francois Schellevis: “Artsen moeten er dus extra op bedacht zijn dat patiënten met deze aandoeningen een grotere kans hebben op hart- en vaatziekten. En dus wat eerder dan bij andere patiënten de bloeddruk meten, het cholesterol bepalen en vragen naar leefstijl. Om deze patiënten zo nodig snel te kunnen behandelen.”

360.000 mensen
Het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsenzorg (LINH) bevat gegevens over het zorggebruik van zo’n 360.000 mensen. Door dit grote aantal is het mogelijk bij combinaties van aandoeningen die niet zoveel voorkomen, zoals reuma en schildklieraandoeningen, toch voldoende patiënten in beeld te krijgen om dit soort samenhangen te ontdekken. Daarnaast geven patiënten in de huisartsenpraktijk een meer representatief beeld van de Nederlandse bevolking dan patiënten in de tweede lijn, omdat die vaak ernstiger ziek zijn. Bovendien is het mogelijk te vergelijken met andere patiënten in de huisartsenpraktijk.

LINH
Het Landelijk Informatie Netwerk Huisartsenzorg (LINH) maakt gebruik van gegevens uit de elektronische patiëntendossiers van deelnemende huisartsen. LINH verzamelt op continue basis gegevens over aandoeningen, aantallen contacten, verrichtingen, geneesmiddelvoorschriften en verwijzingen.
Bron: NIVEL