Bij één op de drie mensen die diarree oplopen tijdens een reis naar de tropen of subtropen zijn de klachten heel mild. De reizigers geven zelf aan er weinig last van te hebben. Dat ontdekte Darius Soonawala (39), die op 31 maart promoveerde aan het Leids Universitair Medisch Centrum (LUMC).
Hij liet 390 mensen een vragenlijst invullen voor en na hun reis naar een exotisch oord, die gemiddeld drie weken duurde. In totaal kregen 160 van deze vakantiegangers last van reizigersdiarree. “Het is bekend dat dan zo’n veertig procent van de toeristen reizigersdiarree oplopen. In sommige landen krijgen reizigers altijd antibiotica mee om de diarree tegen te gaan. In Nederland gebeurt dat alleen bij mensen met een verhoogd risico, zoals patiënten met een darmziekte of een verminderde nierfunctie.”
Onderzoeken
Soonawala is medisch specialist in het LUMC, waar hij zijn promotieonderzoek – getiteld ‘Travel, infection and immunity’ – voltooide op de vaccinatiepolikliniek. Hij deed daar een aantal onderzoeken en keek onder meer naar de gezondheidsproblemen die veel voorkomen onder reizigers. Op de polikliniek leefde de vraag: hoe groot zijn de problemen rond reizigersdiarree nou? Soonawala: “Wat voor ongemak hadden deze reizigers? Konden ze nog gewoon aan een excursie meedoen of moesten ze in hun hotelkamer blijven?”
Het gros van de reizigers had niet veel last van de diarree. Zij konden gewoon meedoen aan het dagelijks leven. Maar 33 mensen moest hun reisprogramma omgooien en het rustiger aandoen. En 20 reizigers waren echt ziek en moesten zich één of meer dagen opsluiten in hun hotelkamer. “Het blijkt dat bij ruim een derde van de mensen de diarree mild was. Dat geven zij zelf ook aan in de vragenlijsten.
Vooraf dachten deze reizigers dat het krijgen van diarree een groter probleem zou zijn dan achteraf.”
Lees hier het volledige artikel.