Alzheimer-aanleg belemmert ‘GPS’ in het brein al bij jongvolwassenen

Alzheimer-patiënten lijden aan ernstig geheugenverlies en desoriëntatie. Een internationaal onderzoeksteam toont nu aan dat een genetisch verhoogd risico voor de ziekte al in jongvolwassenen leidt tot beperking van een hersengebied dat bekend staat als de ‘GPS’ van het brein.

Christian Doeller van het Donders Instituut van de Radboud Universiteit leidde samen met Nikolai Axmacher van de Ruhr-Universität Bochum het onderzoeksteam. Science publiceerde hun resultaten op 22 oktober.

De oorzaak van Alzheimer ligt in een combinatie van factoren, maar een belangrijke risicofactor is een verandering in het gen voor het APOE eiwit: één op de zes personen draagt deze veranderde versie en heeft daarmee een verdrievoudigt risico voor de ziekte van Alzheimer.

Navigeren in de MRI-scanner
In hun studie onderzochten Doeller, Axmacher en collega’s jonge mensen met en zonder het risico-gen. Terwijl de proefpersonen in de MRI-scanner lagen, bewogen ze zich door een virtuele omgeving en voerden daar een taak uit. De onderzoekers bekeken op dat moment de activiteit in de entorhinale cortex: het hersengebied dat bij Alzheimer als eerste wordt aangetast en dat zogenaamde ‘grid cells’ bevat die een belangrijke rol spelen in de navigatie. Om die reden wordt de entorhinale cortex ook wel de ‘GPS’ van het brein genoemd.

Lees hier het volledige artikel.