Meer patiënten met psychische klachten, minder mogelijkheden tot doorverwijzen

Meer dan de helft van de huisartsen (56%) ziet het laatste half jaar meer mensen met psychische klachten naar het spreekuur komen. Bovendien ziet bijna de helft (45%) het aantal patiënten met complexe klachten toenemen. Terwijl men tegelijkertijd minder mogelijkheden ervaart om door te verwijzen naar de meer gespecialiseerde GGZ. Dat blijkt uit een peiling van de Landelijke Huisartsen Vereniging (LHV) onder meer dan achthonderd huisartsen.

Aanleiding voor de peiling is de aanstaande verandering in de manier waarop de geestelijke gezondheidszorg in Nederland is georganiseerd. In 2011 werd besloten om GGZ dichter bij de patiënt te bieden. Waarbij lichte en veelvoorkomende aandoeningen als slaapproblemen, angsten of overspannenheid vaker in de eerste lijn (huisartsenzorg en basis GGZ) worden behandeld. “De huisarts is als vertrouwenspersoon van de patiënt bij uitstek in staat om deze zorg te leveren”, stelt Steven van Eijck, voorzitter van de LHV. “Maar dan moet er wel voldoende capaciteit zijn om mensen met complexere klachten door te verwijzen. Dit onderzoek laat helaas een ander beeld zien.”

Minder mogelijkheid tot doorverwijzen

Eenderde van de deelnemende huisartsen geeft aan dat de doorverwijsmogelijkheden naar de eerstelijns GGZ (eerstelijnspsychologische zorg) verslechteren. Voor de gespecialiseerde GGZ geeft zelfs 54 procent dit aan.

“Dit is echt een zorgelijke ontwikkeling. Alle spelers in de keten – van huisarts tot psycholoog en psychiater – willen voorkomen dat die moeder van twee kinderen met een ernstige depressie die niet door de huisarts behandeld kan worden, langer langs de kant staat dan nodig,” zegt Van Eijck. “Feit is dat er minder geld beschikbaar is voor meer gespecialiseerde GGZ. Maar daar mag de patiënt nooit de dupe van worden. Daarom gaan wij de komende tijd in gesprek met onze achterban, GGZ-partijen en de overheid over hoe we deze ontwikkeling kunnen keren.”

Huisarts omarmt praktijkondersteuner GGZ

Bij de nieuwe inrichting van de GGZ, heeft het ministerie van VWS geld beschikbaar gesteld voor ondersteuning van de huisarts door een praktijkondersteuner (POH-GGZ). De POH-GGZ ondersteunt de huisarts onder meer met probleemverheldering, begeleiding en leert patiënten om te gaan met hun beperkingen. Uit de peiling blijkt dat men de POH-GGZ massaal omarmt. Op dit moment heeft meer dan zestig procent van de respondenten een POH-GGZ. Een kleine tien procent geeft aan ermee te gaan starten.

“Een belangrijke ontwikkeling waar de LHV zich al geruime tijd hard voor maakt. Ook richting Tweede Kamer hebben wij recent aangegeven wat de huisarts nodig heeft om de beste GGZ voor patiënten in de huisartsenpraktijk te kunnen bieden. Dat gaat wederom om voldoende capaciteit voor meer opvang en doorverwijzen, maar ook om structurele financiering. Zodat alle huisartsen kunnen en durven investeren in een POH-GGZ,” besluit Van Eijck.

» Download uitkomsten LHV-peiling