Vaccinatieweigeraars: waarom anti-vaxxers zo veel weerstand oproepen

De discussie over vaccinaties loopt de laatste tijd hoog op. Vergeleken met de afgelopen decennia, is er nu een relatief grote groep zogenoemde anti-vaxxers, ouders die weigeren hun kinderen te laten vaccineren uit angst voor bijwerkingen.

Artsen maken zich zorgen omdat door de dalende vaccinatiegraad het risico bestaat dat besmettelijke ziekten zoals mazelen, difterie, kinkhoest en tetanus zich gaan verspreiden. Om die reden wordt er in politiek Den Haag overwogen in te grijpen tegen vaccinatieweigeraars.

Over vaccins gaan de wildste verhalen rond. Zo zou het BMR-vaccin – tegen tegen bof, mazelen en rode hond – autisme veroorzaken, al is dat nooit wetenschappelijk bewezen. Daarnaast zouden de vaccins vol zitten met giftige hulpstoffen, kinderen juist ziek maken, onnatuurlijk zijn en volkomen onnodig zijn. Wetenschapsredacteur Maarten Keulemans hield al deze horrorverhalen van anti-vaxxers tegen het licht, en er blijkt niets van waar. Wat wel zeker is, is dat vaccins levens redden.

Volgens onderzoek zijn er vele duizenden doden voorkomen door het rijksvaccinatieprogramma. Dat programma werkt zo goed omdat altijd een heel groot deel van de bevolking werd beschermd door de vaccins. Een hoge vaccinatiegraad beschermt ook de personen die niet zijn ingeënt, omdat de ziekte zich heel lastig kan verspreiden. Als de vaccinatiegraad daalt, kunnen besmettelijke ziekten zich makkelijker verspreiden.

Lees hier het volledige artikel.