Zes vragen over zelftesten

Volgens demissionair minister Hugo de Jonge kunnen we onszelf vanaf begin april testen met een coronatest die we kopen in de supermarkt of apotheek. Maar hoe betrouwbaar zijn die testen?

Dat iedereen zichzelf thuis kan testen werd een jaar geleden nog als een ijdele droom beschouwd, omdat zelftesten die viruseiwitten meten toen nog te vaak verkeerde uitslagen gaven. Inmiddels is het gelukt om de techniek te verbeteren en gevoeliger te maken, maar is het genoeg? NEMO Kennislink geeft antwoord op zes vragen.

  1. Wat is het voordeel van een zelftest ten opzichte van een bezoek aan de teststraat? ↑
    De winst van een zelftest is voor veel mensen vooral tijd. Je hoeft geen afspraak bij de GGD meer te maken, niet meer thuis te blijven tot je getest kan worden en hoeft ook niet een paar uur te wachten op de uitslag. De drempel voor testen wordt lager door de snelheid en ook omdat je niet meer hoeft te reizen.

Daarnaast zijn er natuurlijk ook landelijke voordelen. Zo kun je in theorie veel meer mensen bereiken die normaal niet zo snel naar de teststraat zouden komen, bijvoorbeeld omdat ze een beperking hebben of ver weg wonen. Dit helpt om meer besmettingen te detecteren en verspreiding te voorkomen. Daarnaast zijn er voor deze testen geen professionele zorgmedewerkers nodig, dus dit kan de druk op de zorg wellicht iets verlagen.

Lees hier het volledige artikel.