Feit of fabel: Dit moet je weten over orgaandonatie

Tijdens de Donorweek, die maandag begint, wordt extra aandacht besteed aan orgaan- en weefseldonatie. De Nederlandse Transplantatie Stichting (NTS) hoopt mensen daarmee te stimuleren hun keuze over orgaandonatie vast te leggen in het Donorregister. Maar wie komt precies in aanmerking voor orgaandonatie en hoeveel organen kun je afstaan?

NU.nl sprak met Jeantine Reiger van de NTS en Hanneke Kwakkel, die longarts is in het UMC Utrecht, en legde hen een aantal stellingen voor.

1. Als je kiest voor orgaandonatie kun je maximaal één orgaan afstaan: fabel
Reiger: “Iemand kan na zijn overlijden meerdere organen afstaan: hart, lever, nieren, longen, alvleesklier en dunne darmen. Omdat mensen twee longen en twee nieren hebben, kunnen daarmee acht levens worden gered.”
Kwakkel: “Van de weefsels kunnen botten, huid, hartkleppen en hoornvlies worden afgestaan.”

2. Ook als je ziek bent kun je in aanmerking komen voor orgaandonatie: feit
Reiger: “Ook als je ziek bent en zelfs soms als je kanker hebt (gehad), een bloedtransfusie kreeg of medicijnen gebruikt, is het zinvol je te registreren als donor. Een orgaan of weefsel dat is aangetast door ziekte komt niet meer in aanmerking voor donatie, maar toch blijven er vaak andere organen en weefsels over die wel geschikt zijn voor donatie. Bovendien neemt de medische kennis elke dag toe: een aandoening die nu nog een belemmering vormt voor donatie, is dat misschien in de (nabije) toekomst niet meer.”

Lees hier het volledige artikel.