Juist in de zorg kan een aanraking goed doen

Opinie: In de zorg staat het lichaam centraal. Maar een hand op de schouder, dat mag van de inspectie niet. Gaan de regels niet te ver?Dat vragen Marian Verkerk en Joris Slaets zich af.

Een schouderklopje, een aai over de bol of een knuffel, wie heeft daar geen behoefte aan? Volgens de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ) mag het best, zolang het maar niet van de zorgprofessional komt. Een professionele houding betekent fysieke distantie, aldus de inspectie.

“Ieder lichamelijk contact anders dan een hand geven gaat te ver,” zo verwoordde een inspecteur voor de volksgezondheid het op 8 december voor het medisch tuchtcollege in Groningen. Een duidelijkere grens kun je niet krijgen. Transparante en ondubbelzinnige zorg, daar draait het om.

Maar bij iedere grens is het belangrijk je af te vragen wat er eigenlijk achter steekt. Regels zijn er immers niet om zichzelf, maar vinden hun rechtvaardiging in iets anders dat ofwel moet worden bereikt of juist moet worden voorkómen.

Zorg
In dit geval gaat het vermoedelijk om het voorkomen van misbruik van de kwetsbare patiënt of cliënt. Die zorg over lichamelijk misbruik is terecht. We hoeven niet lang te zoeken naar voorbeelden van hulpverleners die de grenzen van het betamelijke overschrijden. Lichamelijke mishandeling en seksueel misbruik van kwetsbare personen zijn daden van vreselijke lafheid.

Maar voorkóm je misbruik door ieder lichamelijk contact te verbieden dat verder reikt dan het handenschudden? Of erger, creëer je daarmee niet zorg die juist mensen in de steek laat?

Lees hier het volledige artikel.