Landelijk fonds voor woningaanpassingen

Gemeenten moeten de kosten van woningaanpassingen de komende jaren goed bijhouden. Zij moeten apart gaan registreren of de cliënt een dergelijke voorziening vanuit de Wmo of vanuit de Wet langdurige zorg (Wlz) krijgt.

De wens van een aantal gemeenten om een landelijk fonds in te stellen voor woningaanpassingen boven de 50.000 euro zal waarschijnlijk niet door VWS worden gehonoreerd, vreest gemeentekoepel VNG.
Overheveling
De overheveling van hulpmiddelen en woningaanpassingen voor zelfstandig wonenden blijft een verantwoordelijkheid van gemeenten. De overheveling naar de uitvoerders van de Wet langdurige zorg (Wlz) gaat niet door. De overheveling naar de Wlz van hulpmiddelen van cliënten met een Wlz-indicatie die niet zelfstandig, maar intramuraal wonen zonder behandeling, gaat in principe wel door. Dit gebeurt op zijn vroegst op 1 januari 2019. Dit zijn VNG en het ministerie overeengekomen, zo meldt de VNG in een ledenbrief. Het besluit is genomen op basis van twee onderzoeken naar de gevolgen van de overheveling van Wmo naar de Wlz.
Complexe operatie
Een van de redenen om de verantwoordelijkheid voor woningaanpassingen en hulpmiddelen niet naar de zorgkantoren over te hevelen, is dat er voor cliënten dan geen sprake is van één loket. Het fysiek overhevelen zou bovendien een complexe operatie worden, door onder meer de waardebepaling van inmiddels verstrekte voorzieningen. Ook zou het onderhoud ervan door de zorgkantoren overgenomen moeten worden. De omvang van de financiële middelen die gemeente nu kwijt zijn aan hulpmiddelen en woningaanpassingen kon evenmin worden bepaald. Gemeenten houden weliswaar de uitgaven hiervan bij, maar zij registreren niet of de hulpbehoevende een Wlz-indicatie heeft.
Lees hier het volledige artikel.