Hersengebieden raken geïsoleerd bij parkinsonpatiënten met hallucinaties

Patiënten met de ziekte van Parkinson die last hebben van visuele hallucinaties – zoals het zien van dieren of mensen die er niet zijn – vertonen andere verbindingen op hersenscans dan patiënten zonder hallucinaties.

Dat zagen onderzoekers van VUmc op fMRI-scans. Deze bevinding zou een aanknopingspunt kunnen vormen voor een toekomstige behandeling. En ze kunnen verklaren hoe deze symptomen überhaupt ontstaan, want dat is nog een mysterie. De studie is gisteren gepubliceerd in het wetenschappelijke tijdschrift Radiology.

Wetenschappers van VUmc onderzochten de functionele MRI’s – fMRI-scans – van 15 parkinsonpatiënten mét hallucinaties, van 40 patiënten zonder en van 15 gezonde proefpersonen.

De hersenscans van alle patiënten met de ziekte van Parkinson lieten zien dat er minder onderlinge communicatie was tussen verschillende hersengebieden dan bij de gezonde proefpersonen. Maar, bij parkinsonpatiënten die last hadden van visuele hallucinaties, waren er nóg meer hersengebieden die minder communiceerden met andere gebieden. ‘De gebieden die te maken hebben met aandacht en met het verwerken van visuele informatie lijken bij parkinsonpatiënten met hallucinaties geïsoleerd te raken van de rest van de hersenen’, aldus Dagmar Hepp. Zij is neuroloog in opleiding bij VUmc en bezig met een proefschrift over visuele hallucinaties bij de ziekte van Parkinson.

Lees hier het volledige artikel.