Huisarts laat zich niet leiden door kwaliteitsinfo

Huisartsen laten zich in hun doorverwijsadvies aan patiënten maar beperkt leiden door kwaliteitsinformatie over zorginstellingen. Zij vinden veel van de indicatoren onbetrouwbaar of te weinig onderscheidend.

Dat blijkt uit een proef met huisartsen in de regio Eindhoven. David Ikkersheim, Associate Director KPMG Plexus, en Xander Koolman van het Talma Instituut Vrije Universiteit voerden het onderzoek uit.

“Huisartsen blijven verwijzen zoals ze dat in voorgaande jaren deden en gaan dus niet verwijzen naar het beste ziekenhuis”, zegt Ikkersheim in zijn blog op Skipr.

Ikkersheim en Koolman deden de proef met huisartsen die op vrijwillige basis gebruik maakten van de aangeboden ‘kwaliteitskaarten’. Hierop staat publiek beschikbare informatie over de medische effectiviteit (Zichtbare Zorg indicatoren) en over de patiëntervaringen (CQ index) voor vier aandoeningen: staar, borstkanker, heup – en knievervanging. Deze kwaliteitskaarten bespraken huisartsen vervolgens met patiënten bij het verwijzen van patiënten naar het ziekenhuis.

‘Onbetrouwbaar’

Als reden voor het beperkte effect noemt Ikkersheim het feit dat huisartsen veel van de indicatoren onbetrouwbaar achten of te weinig onderscheidend. Ikkersheim concludeert dat de gemotiveerde en geïnformeerde huisarts bereid is zijn verwijsgedrag aan te passen als de kwaliteitsinformatie naar zijn oordeel relevant is.

Rol huisarts

De huisarts speelt een cruciale rol in de gezondheid, o.a. door patiënten te verwijzen naar de juiste plek in de tweedelijn. “Als we willen dat deze drijvende kracht voor verbetering sterker gebruikt wordt, zijn een aantal zaken essentieel”, zegt Ikkersheim in zijn blog. Zo moet kwaliteitsinformatie betrouwbaar zijn en eenduidig gemeten worden. “Hiervoor zou een controle via een accountantsverklaring op de kwaliteitsgegevens een goede stap zijn.”

Bron: Skipr